Dag 6 Donderdag 1 Mei 2008 Aleppo we gaan de stad bekijken
Om 07.00 uur opgestaan gebadderd hadden warm water, meteen maar een wasje gedaan,
moest ook gebeuren. Hierna ontbeten op het dakterras.
We gaan Aleppo verkennen.
Aleppo is een van de gezelligste en sfeervolle steden van Syrie. In de buurt van de markt
heeft bijna elke straat zich gespicialiseerd in een of ander product.
Zo heb je de goudmarkt waar je alleen maar goudhandelaren hebt etc.
In de grote Moskee de Al Jamaa al kebir ligt het hoofd van Zacharias de vader van Johannes
de doper opgebaard. Wat ze toch hebben met hoofden hier in Syrie.
Je kan hier uren lang ronddwalen door de Souks er is te veel om alles goed te bekijken.
De overdekte markt |
Hoe krijgt hij het voor elkaar |
Aan het einde van de Souk kom je bij de Citadel (een groot fort) hier heb je een heel mooi
uitzicht over Aleppo.
Ingang van de Citadel |
De brug van de ingang van de Citade,l moet je overheen lopen de Citadel in |
Het Theater |
Uitzicht over Aleppo |
De Troonzaal |
De Sarcofaag van de Heilige Joris (Al-Khoudr) |
Bijschrift toevoegen |
Opnames gemaakt in het National Museum van Aleppo
Een paar van de dames uit onze groep zijn naar een Haman geweest en hebben zich even
laten schrobben en verwennen. Delen van de Souks dateren nog uit de 13 eeuw maar het
merendeel stamt uit de Os maanse periode van de 16 en 17 eeuw.
Op vrijdag zijn de souks dicht ivm vrijdaggebed.
Aleppo
(Arabisch: Halab) is een stad en ook een provincie in het noordwesten van
Syrië, vlak bij de Turkse grens. Het strijdt met Damascus om de eer welke stad
de langst constant bewoonde stad ter wereld is.
Die
stad is met meer dan twee miljoen inwoners (2005) ook in dat opzicht de tweede
Syrische stad na Damascus. Het is één van de oudste steden ter wereld op een
strategische plek tussen de Middellandse Zee en de Eufraat. De meeste inwoners
zijn Arabieren, maar er wonen ook Koerden en Armeniërs en kleine aantallen
Grieken en Turken. Ongeveer 20% zijn christenen.
De
akkadische naam van de stad was Halab, ook Halap, Hallaba, Halba, Halbi of
Halpa geschreven. In Egyptische bronnen heette de stad hip; in het Aramees en
in Oegar schreef men hib. In de Oudheid was zij bekend als Halpa, in de
Seleucidische tijd heette zij Beröa.
De
Arabieren behielden de naam Halab, die in hun taal verleden tijd van melken is.
Volgens overlevering rustte Abraham hier uit op zijn tocht van zijn
geboorteplaats Ur naar het beloofde Land. Hij zou zijn koe asch-Schahba gemolken
hebben bovenop de heuvel waar nu de
citadel staat en de melk verdeeld hebben onder de bevolking. In het Syrisch-Ararabisch
heet de stad Halaba asch-Schahba.
Deze meisjes wilden graag op de foto |
op het dakterras met de groep.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten